Volgende week sluit Sander het eerste boekjaar van TRTC af met de tempelierstrail. Ik wens hem alle succes op deze eenzame 73km lange tocht.
Hoog tijd om eens achteruit te kijken en vooruit te blikken. Wat hebben we goed gedaan en wat ging er hopeloos fout? Wat leert ons dat voor komend seizoen?
De planning was in elk geval heel goed. Elke maand een trail. Om de focus te behouden en vooral om de kilometers in de benen te hebben. Dat gaan we zeker behouden voor het komende seizoen.
Wat ik vooral geleerd heb, is rekening houden met de omstandigheden. Ik heb een nogal uitgesproken no-nonsense karakter, wat neerkomt op ‘gewoon lopen en niet teveel zagen over het weer of het materiaal’. Dit jaar heb ik een paar keer ondervonden dat dit misschien niet de juiste benadering is voor het trailen. Een tocht van meerdere tientallen kilometers door de natuur is natuurlijk niet hetzelfde als een wedstrijd op de atletiekpiste. Enige voorbereiding aangaande voeding en materiaal in functie van de omstandigheden zijn een strikt minimum.
Wat de voeding betreft, ben ik nog zoekende. Ik stel vast dat mijn maag na enkele uren zwoegen en bij grotere vermoeidheid de gellekes niet meer aanvaart. Ook de traditionele peperkoek en banaan worden dan afgestoten. Variatie dringt zich dan op. Ik heb voorlopig mijn heil gevonden in rijsttaart en plan binnenkort ook nootjes mee te sleuren. Bijkomende tips zijn altijd welkom.
Bij extreem warm weer moet ik heel veel drinken. Ik ben nogal een overmatige zweter. Heeft waarschijnlijk veel met mijn gewicht te maken. Bij de bevoorrading kan je je drinkzak weer vullen. Dehydratatie raad ik iedereen af. Ik heb het meegemaakt in juni op de boucles Ardennaises. Amaj menne frak.
Over het materiaal blijf ik nog altijd een beetje sceptisch. Compressiekousen, stokken, andere gadgets. Ik weet het niet. Ik denk dat er veel psychologie mee gemoeid is. Als je volledig uitgerust bent met alles wat de markt je te bieden heeft, zal je het gevoel hebben dat je er helemaal klaar voor bent. It’s all in your head. Maar dat telt natuurlijk ook. Als ik een wedstrijd loop waarvan ik weet dat ik ze aankan, heb ik al die snufjes niet nodig. Loop ik een afstand voor het eerst, dan kom ik gewapend tot de tanden aan de start. Dat geeft een gevoel van veiligheid. Dat gevoel is dan misschien bedrieglijk, maar beter zo dan met knikkende knieën vertrekken.
Dit jaar heb ik ook geleerd om te genieten van elke trail. Vroeger ging ik er als een speer vandoor en ging ik altijd voor een toptijd. Die toptijd is er nooit gekomen. De man met de hamer daarentegen was mijn vaste reisgezel. Door langere afstanden te lopen en eindelijk naar mijn buddy Sander te luisteren, ben ik trager gaan lopen en bereikte ik ‘fris’ de finish. Ik heb maw de fun factor van het traillopen ontdekt. Met mijn meter achtentachtig en honderd kilo zal ik immers nooit vooraan eindigen op deze afstanden. Maar fun beleef ik er wel aan. En dat is toch de bedoeling op onze gezegende sportleeftijd, nietwaar?
Wat staat er voor volgend jaar op het programma? TRTC moet hierover nog wat brainstormen. Enkele dingen liggen al zeker vast. De trail van Chimay begin maart hebben we al vaak gelopen (zelfs voor er sprake was van TRTC) en is nu een graadmeter van onze conditie geworden. Eind juni gaan we nog eens het gebergte in tijdens de Grand Duc. In tussentijd ligt er nog een mooie uitdaging te wachten in Bouillon.
2015 belooft veel trailplezier. Hoog tijd om te beginnen trainen, mijn gedacht!